Ceci n’est pas une copie: nieuwe designexpo geeft te denken

ceci-nest-pas-une-copie-00-intro-c-znorEr zijn expo’s die tonen wat mooi is. En er zijn expo’s die daarnaast ook aanzetten tot nadenken. Waar je met meer vragen buiten komt dan je er had bij het binnenstappen. De nieuwe tentoonstelling Ceci n’est pas une copie in CID Grand-Hornu, behoort tot de laatste categorie, heerlijk is dat. En ook het gelijknamige boek, dat tegelijk met de opening bij Lannoo verscheen, draagt bij aan aan deze boeiende discussie.

Curator van de expositie Chris Meplon schetste tijdens de persvoorstelling mooi het complexe van de vraag of kopiëren mag: “Het is een onderwerp dat vaak nog moeilijk ligt, ook in de sector zelf. Sommige designers die ik belde, zeiden nogal kort dat ze met kopiëren niets te maken willen hebben. Anderen hadden het ‘veel te druk’ om te antwoorden op mijn vraag, het is duidelijk een taboe-onderwerp nog. Al kreeg ik ook veel interessante en oprechte meningen; te zien op enkele video’s in de expositie, en te lezen in het boek. Kort samengevat komt het hierop neer: er zijn verschillende soorten kopieën, van overduidelijk verderfelijk tot hoogst interessant. Je kan voorwerpen gewoonweg namaken, zonder dat je iets toevoegt, puur voor het geld. Zoals dat in Azië wel eens gebeurt, al dan niet op bestelling vanuit bijvoorbeeld Groot-Brittanië, waar de wetgeving daarover veel soepeler – of lakser – is.  Maar een designer kan ook een bestaand ontwerp als uitgangspunt nemen en het verbeteren, innoveren in plaats van louter imiteren. Of sommige nieuwe designstukken zijn echte hommages aan sterke ontwerpen uit het verleden. De ene kopie is de andere niet, en het blijft vooral belangrijk om de discussie te blijven voeren, te luisteren naar elkaars mening daarover. En dat wilde ik vooral doen met deze expo, het gesprek daarover voeden. Alleen voor de pure namaak omwille van het geld, met een ondermaatse kwaliteit vaak, heb ik geen begrip, we hebben bewust geen designs uit die categorie getoond. Alleen in een soort ‘verdomhoekje’ achterin de expo hangen wat voorbeelden op papier, om te tonen dat het bestaat, maar daar stopt onze aandacht dan ook.”

De expo en het boek doen met verve wat Chris Meplon wilde: je doen nadenken over kopiëren. En je doen inzien dat het van alle tijden is, dat ‘zich inspireren op andermans werk’ altijd heeft bestaan en zal blijven bestaan. Was Delfts porselein zo uniek? Natuurlijk niet, de Nederlanders haalden de mosterd bij de Chinezen. En ook Scandinavische designers vonden hun inspiratie in het Verre Oosten, voor enkele van hun ’typische’ stoelen bijvoorbeeld, zo laat de expo zien. Het is dus niet alleen China die nu Westerse designers kopieert, ook in de andere richting was het al het geval. En als de intentie goed is, is dat geeneens erg. Want herinterpretaties of het gebruik van nieuwe materialen bijvoorbeeld zorgen ervoor dat design evolueert en floreert. In de expo staan vele sterke, maar op elkaar gelijkende ontwerpen broederlijk naast elkaar. Zoals de Maarten Van Severen CN°II Chair uit 1992 naast het Romantica-prototype dat Philippe Starck uit 1987. Of de bekende ‘originele’ Butterfly Chair uit 1938 naast een soortgelijke- gepatenteerde! – van Joseph Beverly Fenby, een opvouwbare legerstoel uit… 1877 al.  Of de Leather Lounge Chair LL04 van Maarten Van Severen uit 2004 naast Lounge Chair traffic van Konstantin Grcic uit 2013. Ook opvallend en stof tot nadenken is de Kiosk-driewieler van Studio Unfold (Claire Warnier & Dries Verbruggen), die als was het een eetkraam bekende designstukken met een 3D-printer ‘vermenigvuldigt’.  Dries Verbruggen daarover: “We wonnen er in Londen eens een award mee, ons stoutmoedige idee kreeg veel bijval en applaus. Tot we de designs van de andere winnaars begonnen te kopiëren, toen was het kot te klein (lacht).”

Kortom: vaak nemen ontwerpers – bewust of onbewust – andere designvoorwerpen als uitgangspunt, laten zich erdoor inspireren. Wat ook moeilijk anders kan, ze leven niet op een afgezonderd eiland, vrijwel alles is trouwens maar een muisklik van ons verwijderd tegenwoordig, je haalt het in milliseconden op je scherm. Deze expo toont de rijkdom, het interessante van op elkaar gelijkende voorwerpen. Waardoor wat Chris Meplon hoopte te bereiken – ‘als we er maar over blijven discussiëren’ – ook echt gebeurt. Dagen na de expo, spoken de vragen nog altijd door ons hoofd.

Ceci n’est pas une copie, nog tot 26 februari 2017 in CID – centrum voor innovatie en design in Grand-Hornu. Het boek Ceci n’est pas une copie. Design between innovation and imitation verscheen zopas bij Lannoo en is veel meer dan alleen een cataloog. Het bevat zeer lezenswaardige essays, opinies en interviews van en met designers en specialisten als Matthew Strong, Jasper Morrison, Sylvain Willenz, Dirk Wynants, Veerle Wenes, Lowie Vermeersch, Leen Creve, Unfold Studio, een 25-tal in totaal. 240 pagina’s dik, op smaak gebracht met vele voorbeelden, en te koop voor net geen 35 euro.

[wzslider interval=”2500″ transition=”‘slide’”]

 

 


door